De laatste FSB-lootjes
Het derde team speelde woensdagavond zijn laatste
FSB-wedstrijd tegen Bakkeveen 2.
Bert Dassen met wit aan het eerste bord speelde een
prima partij, kwam ook een pionnetje voor en bemachtigde via de open lijn de
velden e5-e6. maar zijn tegenstander Leo Meerman verdedigde zich geweldig. Bert
probeerde, omdat alles op slot zat, een schaakje met de dame, maar vergat daarna
zijn dame direct weer in de verdediging terug te brengen en zijn tegenstander
zag toen kans tot afruil over de gaan, waarna bleek, dat Bert een stuk verloren
had en ook de partij.
Roelof Kreulen moest zijn meerdere erkennen in
Douwe Galama. Roelof kwam 2 pionnen achter,de paarden sprongen wild in het rond
en de koning van Roelof werd zwaar aangevallen, mede vanwege te weinig
bescherming van pionnen. Roelof hield lang vol, maar moest toch opgeven.
Oeds, aan het derde bord, speelde tegen een
jeugdspeler van 16 jaar, maar die speelde veel te vlug, trok aangevallen stukken
steeds terug naar de achterlijn. en Oeds kon hem na 35 zetten mat zetten.
John Folkers speelde ook een puike wedstrijd,had
een hele mooie stand op het bord en kwam ook een pionnetje voor.Maar toch ging
het nog mis. John en zijn tegenstander Fons Joorman kregen in de eindfase elk
een pionnetje aan de andere zijde en dame dus. Maar via schaak wist
tegenstander Fons de dames af te ruilen en hij had nog één pion over en dit gaf
de doorslag vanwege de gunstige positie van deze pion op het bord. John gaf op.
Ook in de viertallencompetitie werd de laatste wedstrijd
gespeeld, Steenwijk speelde daarin tegen NEO 2 uit Burgum. Aan bord 1 kwam Auke
al vrij gauw in het voordeel en toen een vrijpion niet meer te stoppen bleek
gaf zijn tegenstander op. Michiel kwam aan bord 2 met zwart in een symmetrische
stelling terecht, die normaal gesproken remise had moeten worden. Hij wilde
echter meer en dat betekende risico’s nemen. Helemaal verantwoord was dat niet,
dat bleek toen de witte dame en loper via de ontstane gaten de zwarte stelling
binnenkwamen en damewinst forceerden. Ingrid had een Siciliaanse opening aggressief
opgezet met lange rokade en pionnenstorm tegen de zwarte koningsstelling. Zwart
reageerde op de juiste manier met een tegenaanval en toen Ingrid in tijdnood de
actiefste voortzetting miste trok zwart aan het langste eind. Pieter van der
Zee, debuteerend in de viertallencompetitie, speelde een prima partij, kwam een
pion voor, maar zag in het toreneindspel met 4 tegen 3 pionnen op de
koningsvleugel onvoldoende aangrijppunten om op winst te spelen en nam genoegen
met remise.