Spectaculaire dinsdagavond met vele misslagen
Op de borden van Roelof Kreulen en Jan de Smidt en Jaap van der Hulst en Geert Duiven werd het spel ook nog tamelijk regulier gespeeld, al verloren beide witspelers. Roelof kwam in een tactische stelling terecht waarin hij verlies van of een stuk of een pion plus rokade moest accepteren. Hij koos de laatste en dat werd hem fataal omdat hij eigenlijk met een toren minder speelde. Jaap had ditmaal geen succes met zijn Colle-opening omdat Geert een winnende aanval via een sterke vrijpion in handen kreeg. Jaap de Koning had tegen Gerald Bouw al een pion en kwaliteit gewonnen toen deze zich vergiste en pardoes ook nog een vol paard weggaf. Daarmee was het uit. Dat had het ook al lang in het voordeel van Yun-Che Hu tegen Frans van Emst moeten zijn toen de laatste veel te enthousiast de damevleugel in bezit nam en daarmee zijn zwarte loper opsloot en korte rokade verspeelde. Op meerdere wijzen was de stelling volkomen gewonnen voor wit maar die koos nu net die ene voortzetting die tot paardverlies leidde. Frans gaf het cadeau niet meer uit handen. Op het bord van Roel Kreulen en Ingrid Jansen ook een misgreep: Ingrid had weliswaar het loperpaar verworven, maar een gedwongen pionzet – na aanraken – gaf haar een doorslaande aanval. In vliegende tijdnood waarin Ingrid niet meer noteerde, verspeelde Roel zijn dame en viel de zwarte vlag, naar men aanvankelijk meende op 34 zetten. Na uitvoerige reconstructie bleek echter dat Roel de 34e zet niet genoteerd had omdat ook hij razendsnel had gezet in een poging alsnog op tijd te winnen. Ditmaal had Ingrid de klok dus wel verslagen met ook nog een winnende stelling.
Jon Derks en Marcus Pliester speelden na geweigerd Damegambiet een moeizame laveerpartij die Jon kon openbreken met het onweerlegbare bezit van de a-lijn. Het pionneneindspel met goede tegen slechte loper kwam hem bekend voor uit de wedstrijd tegen WES waarin hij de partij weggaf. Ook Marcus bouwde een verdediging op waarin hij steeds voldoende tempi had om alles gedekt te houden, en Jon neigde al naar een remise, toen hij besloot nog een laatste poging te doen door loperruil aan te bieden. Dat zou ook tot remise geleid hebben, maar zijn tegenstander schrok in tijdnood daarvoor terug waarna Jon's koning de vijandelijke stelling kon binnenlopen.
Auke van Urk en Henk van Dijk weken snel af van bekende paden en speelden een opening "zonder naam". Dat kostte ook nu weer zeeën van tijd. Auke kwam uiteindelijk met wit veel beter uit de beginfase waar Henk met inactieve stukken bleef zitten. Toen uiteindelijk een eindspel van actief paard tegen slechte loper bereikt werd, kon Henk het niet meer houden
Martinus Scheeringa speelde ook tegen Bert Dassen zijn Grob-opening. Hij raakte eerst twee, later een pion achter, maar had actiever spel. Dat vergde bij Bert veel denktijd en toen hij in tijdnood en op de c49ste zet vanuit het niets een toren weggaf, was het gedaan.
Jelmer de Goede hield zeer lang stand tegen Oeds Dijkstra die weliswaar een pion winst behaald had, maar niet goed zag hoe hij de verdediging kon slechten. Het remiseaanbod dat hij deed had Jelmer dan ook moeten accepteren, omdat zijn stelling onvoldoende was voor winst, maar zoals het een jonge hond betaamt ging Jelmer door … en verloor na een misgreep die een paard kostte het eindspel.