In de zesde ronde zagen de schakers de terugkeer van jeugdspeler Dimitri Delsman, die vorig jaar zo'n sterke groei doormaakte. Tegen Jaap van der Hulst speelde hij Scandinavisch met direct de pion naar e5. De belangrijkste schermutselingen ontstonden daarna op de damevleugel, en na grootscheepse afruil aldaar kreeg Jaap met zijn beide torens het beste spel op de koningsvleugel. Toen een tweede pion sneuvelde streek Dimitri de vlag. Olivier Vernooy had het al vrij snel lastig. Na afruil van loper tegen paard waarbij hij met de g-pion moest nemen, stond zijn gerokeerde koning open en bloot, en Roel Kreulen wist daar rap raad mee. Verrassend was het snelle einde van de partij tussen Jan de Smidt en Jon Derks. Jan ruilde in het Spaans met loper op c6 af en toen Jon een zwakkere voortzetting koos maar bovendien op de elfde zet een stuk weggaf was het over en uit. Ook Gerald Bouw maakte vroeg in het spel een fout die een stuk kostte. Hij ging dapper door maar moest zijn koning zodanig omringen met torens en dame dat Oeds Dijkstra na een torenoffer met de dame mat kon geven. Jaap de Koning en Bert Dassen zetten een Franse doorschuiver op het bord. Een mindere paardzet van Jaap gaf Bert het initiatief en toen deze met zijn torens de witte stelling kon binnendringen volgde een mat. Martinus Scheeringa beantwoordde Charrel Brandenburgs openingszet e4 met g5. Toen Charrel op de achtste zet een pion verloor en de verdere ontwikkeling van zijn stukken verwaarloosde, kwam hij zwaar in de problemen en torenverlies op a2 betekende het einde van de match. Yun-Che Hu bediende zich tegen Henk van Dijk van de Philidorverdediging. De witte torens kregen weliswaar de e-lijn in handen, maar verder initiatief zat er niet in. In het eindspel van paard tegen loper hield Yun-Che de pionnenformatie gesloten, waarna Henk remise accepteerde. Nadat Auke van Urk tegen Frans van Emst in het middenspel een centrumpion hand gewonnen was het wachten eigenlijk op de winnende paardcombinatie. Het in stelling brengen van ook nog toren en loper duurde echter net enkele zetten te lang, en toen dan Aukes paarden de damevleugel zouden oprollen was Frans net een slag eerder met kwaliteitswinst. Hij hield aan de afruil een paard tegen twee pionnen over, en koos voor een remiseaanbod. Ingrid Jansen won van Roelof Kreulen in een Italiaanse partij. Toen tenslotte het centrum kon worden geopend stonden haar stukken actiever hetgeen tot pionwinst leidde. In tijdnood werd daar nog een kwaliteit aan toegevoegd, en omdat in het eindspel ook nog een loper voor hem verloren dreigde te gaan gaf Roelof er tegen twaalven de brui aan.