Martinus Scheeringa en Waheeb Qatina

Martinus Scheeringa en Waheeb Qatina streden in de derde ronde van de onderlinge competitie van Schaakclub Steenwijk om de felbegeerde eerste plaats op de ranglijst. Beide spelers hadden uit de vorige ronden nog een 100% score. Waheeb koos voor Damegambiet en slaagde erin de witte stukken van Martinus in toom te houden en de vroeg veroverde pion te behouden. Na tactische manoevres ontstond er na de 29e zet en afruil ruimte op de koningsvleugel en in het centrum. Zwart had via de open d-lijn doorslaggevend voordeel kunnen behalen, maar was te gretig met het oppeuzelen van de witte f-pion, waarna Martinus hem pardoes mat gaf. Waheeb nam zijn nederlaag sportief op en kon die ook alleen aan zichzelf wijten. Martinus staat nu fier bovenaan, en zal de komende weken die positie moeten verdedigen tegen de opkomende klassementsmannen. Eén daarvan is Bert van Steenbergen die in een gesloten Siciliaan door een schijnoffer van de met zwart spelende Henk Mante gedwongen werd tot dameruil. Wit behield echter ontwikkelingsvoordeel en hield daar uiteindelijk op elk van de vleugels een extra pion aan over. Hoe Henk zich ook verweerde, zijn stukken zaten gevangen door 2 witte torens op de te rij, en op het moment dat zwart meende de witte koning in het nauw te kunnen brengen, raakte hij zelf in een matweb geweven. Regerend kampioen Dick Stavast speelde zijn eerste partij, en Roelof Kreulen was het slachtoffer. Aanvankelijk kon hij in de Engelse opening de touwtjes nog strak in handen houden, maar bij een doorstoot in het centrum van Dicks zwarte stukken verzuimde hij paarden te ruilen, waarna zwart het initiatief kreeg en de witte stelling een puinhoop werd, waarin een stuk verloren ging en kort daarna de partij. Ook Auke van Urk deed goede zaken doordat Jon Derks de Ben-Oni niet op z’n scherpst aanpakte. Met veropgerukte witte pionnen op de koningsvleugel kwam de zwarte stelling zwaar onder druk. In dat mijnenveld was het moeilijk manoevreren en toen Jon daarin niet de sterkste voortzetting koos, dreigde of groot materiaalverlies of mat, waarop Jon het voor gezien hield. Marcus Pliester kwam met wit beter uit de opening dan Wim Rekhorst met zwart. Wim raakte in de verdrukking en verzuimde wits paard op c3 te ruilen, waarna hij op de 23e zet niet beter had dan materiaal inleveren. Toen wit tenslotte ook nog een aftrekschaak met damewinst op het bord toverde, streek Wim de vlag. Wolter Visscher en Gerald Bouw speelden een Schotse en scheve partij, waarin de zwarte koning al snel vanuit de veilige veste naar de open zijkant van het bord werd gejaagd, waarna het prijsschieten werd voor wit. Toen de zwarte dame viel door aftrekschaak was het gebeurd met Geralds goede plannen. Josse Gerner trok direct ten strijde met paard en loper tegen de vijandelijke zwarte stelling van Jaap van der Hulst. Hij liet daarbij na de rokeren en de damevleugel te ontwikkelen. Jaap werd aanvankelijk overbluft, maar toen de witte aanval niet doorsloeg nam hij het initiatief over en dwong hij wit zijn dame te geven tegen een toren, ter voorkoming van mat. Vervolgens won de ervaring het van de jeugdige moed. Steven Rijkee is nog wat aan het inspelen, en behaalde tegen Yun-Che Hu zijn tweede remise. Na een enerverend begin, waarin Steven ten onrechte een stuk weggaf voor een pion, kreeg hij toch de betere stelling met grote druk op de zwarte. De winstvoering was echter moeilijk te zien en daarom werd besloten het punt te delen. Frans van Emst speelde weer Hollands, en Peter von Lützow poneerde daartegen zijn dame op b6 en de lange rokade. Dat leidde tot een voorzichtig en tactisch gemanoevreer. Toen zwart te vroeg probeerde door te breken op e5 leidde een afruil tot pionwinst voor wit. Met een halfopen g-lijn wenste deze echter geen matraanval op zijn koning uit te lokken en koos Frans voor een remiseaanbod, dat door Peter werd geaccepteerd .