Winst voor 1e team in Harlingen

Van Het Heerenlogement in Harlingen vond ik de volgende lovende beschrijving:

Hotel Het Heerenlogement Harlingen staat aan het water in het hart van havenstad Harlingen. Het historische grachtenpand heeft een lange interessante geschiedenis. De klassieke inrichting en het gastvrije personeel zorgen voor een warme en huiselijke sfeer. Het eten is heerlijk en wordt in een bijzonder prettige ambiance geserveerd.


Niet vermeld wordt dat er regelmatig 16 schakers in een klein slecht verlicht opkamertje worden gepropt om een FSB-wedstrijd af te werken. Afgelopen dinsdag was het eerste van de schaakclub Steenwijk aan de beurt. Over de gastvrijheid inderdaad niets dan lof, het gastvrije personeel kwam regelmatig langs met een schaal met –gratis!- bitterballen en andere snacks.
Maar de speelomstandigheden waren zo armzalig dat teamcaptain Auke van Urk geheel tegen zijn gewoonte in op de 15e zet een remise-aanbod plaatste, dat door zijn tegenstander onmiddellijk met graagte geaccepteerd werd. Even later kon die tegenstander in de ruime gezellige gelagkamer achter de sjoelbak worden aangetroffen. Het remiseaanbod van Auke was in zoverre gegrond dat hij al had geconstateerd dat verscheidene Steenwijkers een aardige stelling opgebouwd hadden. En al gauw was het eerste winstpunt binnen. Bert van Steenbergen had in het Siciliaans de lijfvariant gespeeld van Alex Vinken, in de jaren vijftig de sterkste Limburgse schaker, maar in Harlingen kennelijk geheel onbekend. Bert kreeg ten koste van een enkel pionnetje een enorme ontwikkelingsvoorsprong en een mooie open e-lijn tegen de nog niet gerokeerde zwarte koning. Dat kostte zijn tegenstander tenminste een stuk, terwijl zijn stelling een puinhoop was. Geen wonder dus dat die het snel voor gezien hield.
Ook Jan Bijker had in een Schotse opening al snel voordeel verkregen, maar die trof een taaiere tegenstander, die met twee pionnen achter nog allerlei hindernissen opwierp. Die waren echter niet zodanig dat Jan ervan in de war raakte, met vaste hand schoof hij het eindspel naar winst. Minder verging het Wolter Visscher. In de opening, een Siciliaans gambiet, was hij met zwart wat onvoorzichtig te werk gegaan, met als gevolg dat hij niet meer kon rokeren. Nog benauwder kreeg hij het toen zijn tegenstander een paard wist te posteren op e6 in het hart van de zwarte stelling. Wolter had geen andere mogelijkheid dan de dame te geven voor dat paard + een toren, maar de tegenkansen die hij daarbij voor zichzelf gezien had bleken illusoir. Daarmee was de stand op 2½-1½ voor Steenwijk gekomen en hoewel het aan de andere borden zeker niet slecht stond voor Steenwijk was het wel zo dat aardig wat Steenwijkers krap in hun bedenktijd waren komen te zitten. Dick Stavast had aan bord 1 een nogal vreemde variant van het damegambiet voorgeschoteld gekregen en had al in de eerste fase van de partij moeten kiezen tussen een rustige of een agressieve aanpak. Hij had voor dat laatste gekozen en een fors aantal pionnen geofferd om de koning van zijn tegenstander in het centrum vast te houden. Zijn aanval sloeg uiteindelijk door, maar daar was, zo bleek tijdens de post mortem, wel wat hulp van de tegenstander voor nodig geweest. Ook Stef van Kesteren mocht niet klagen over medewerking van zijn tegenstander. Stef had in het middenspel een gemeen zetje over het hoofd gezien en was verzeild geraakt in een eindspel van paard + 4 pionnen tegen loper + 5 pionnen. De loper van zijn tegenstander was de witte loper en die zette zijn pionnen allemaal op zwart, wat het Stef mogelijk maakte die pionnen een voor een op te peuzelen en toen de Harlinger ook nog te laat met zijn loper terugging om de opmars van Stefs vrijpionnen te verhinderen was het pleit beslecht.
Marcus Pliester, die een hele tijd de stelling ongeveer in evenwicht had gehouden was inmiddels ernstig in tijdnood geraakt en raakte daardoor de greep op de stelling meer en meer kwijt. In een verloren stelling en met nog een enkele seconde bedenktijd staakte hij de strijd.
In het donkerste hoekje van de zaal en zo ingebouwd dat hij alleen in de benen kon komen als hij een stuk of wat andere schakers zou verzoeken om even wat ruimte te maken zaten Jon Derks en zijn tegenstander urenlang gebogen over een knap ingewikkelde stelling. Op een gegeven moment offerde die tegenstander een stuk met als compensatie een paar pionnen en een verdwaalde toren. Hij hoopte die toren te winnen en aldus zijn stuk met rente terug te verdienen, maar met enige ingenieuze tussenzetjes wist Jon zijn toren te redden en dus een stuk voor te blijven. Beide opponenten gingen tot het uiterste qua bedenktijd, de vlaggen van beide klokken kwamen al bedenkelijk omhoog, toen Jons tegenstander misgreep en een paardvorkje toeliet dat hem de dame kostte. Dat bracht de eindstand op 5½ - 2½ in Steenwijks voordeel. Restte nog een middernachtelijke thuisreis door een mistig Friesland, waarbij Auke in Wolvega met een flinke klap tegen een stoeprand aanknalde met als gevolg een lekke band en een extra late thuiskomst.
Hier nog even de gedetailleerde uitslag :
Bord 1 Derk Drukker - Dick Stavast 0 – 1
2 Cees Banning - Auke van Urk ½ - ½
3 Gerrit Zagema - Jon Derks 0 – 1
4 Henk de Vries - Stef van Kesteren 0 - 1
5 Jos Foppele - Bert van Steenbergen 0 - 1
6 Piet de Hoop - Marcus Pliester 1 – 0
7 Jochum de Boer - Jan Bijker 0 – 1
8 Willem Kuiper - Wolter Visscher 1 - 0