elfde ronde interne schaakcompetitie Steenwijk

In de elfde ronde van de onderlinge schaakcompetitie Steenwijk verdedigde Auke van Urk andermaal zijn koppositie tegen aanstormend talent. Dit maal was het Wolter Visscher - ook een oudclubkampioen - die het met een Siciliaan probeerde. In de opening liet hij zich echter een dubbelpion aansmeren en bij de verdediging daarvan liep Wolter forse ontwikkelingsachterstand op. Ondoordacht opspelen door  van een centrumpion kostte dat stuk omdat Auke een aftrekaanval op de dame  in de achterzak had. Daarna was de slechtere stand van de zwarte stukken beslissend en kon ook afruil naar een pionneneindspel Wolter niet meer  baten.
Dick Stavast ontmantelde omslachtig de witte OrangOetang  van Henk Mante. Wijs geworden in een eerdere ontmoeting met dezelfde opening trok Dick zijn loper terug naar e7 alvorens c5 te spelen. Henk kwam overigens goed uit zijn geliefde opening al was de loper op g3 wat onmachtig. Toen Henk de blokkade op de d-lijn niet verhinderde kwam hij onder druk en moest hij de pion op a3 inleveren, waarna zijn stelling instortte.
Jon Derks en Oeds Dijkstra kregen een onorthodoxe stelling op het bord met de dames vroeg in het spel.  Oeds neutraliseerde weliswaar een veropgerukte pion van Jon maar omdat deze en-passant kon slaan ontstonden er gaten in de zwarte koningsstelling. Daarvan profiteerde wit optimaal door de zwarte koning midden op de achterlijn vast te houden. Met een tegenaanval leek Oeds eventjes gevaarlijk te worden maar toen hij zich misrekende en een stuk verloor werd hij door Jon in een matnet gedreven.
Gerald Bouw slaagde er niet in Marcus Pliester van winst te houden. Gerald had lang het initiatief maar verloor door een ongelukkige paardzet zijn h-pion, waarna zijn koningsstelling werd opengebroken. Na kwaliteitsverlies  ging Gerald even later op de 35ste zet mat.
 Rody Holtrop kwam in een geweigerd koningsgambiet tegen Roelof Kreulen niet tot winst. Het spel ging gelijk op en de pionnenstructuur bleef intakt. Na afruil van de lichte stukken besloten de strijders tot remise, waarmee Roelof na eerdere puntdelingen met Wolter Visscher en Ingrid Jansen nog maar eens onderstreepte dat het begrip "sterkere speler"  zeer relatief  is. De andere remise kwam op naam van Bert van Steenbergen en Ingrid Jansen na een Siciliaanse Taimanov-variant. De stelling bleef na de opening in evenwicht en na lang en diep gepeins bood Bert als zoenoffer een Beerenburger aan, waarvan Ingrid, in zenuwachtige afwachting, voorzichtig twee kleine slokjes nam. Toen Bert er vervolgens  ook een paar nam van de zijne  kwam het - zeer verrassend en na slechts 18 zetten -  tot herhaling van zetten !
De taaiste partij van de avond kwam op naam van Geert Duiven en Frans van Emst. Geert koos voor de afruilvariant in het Frans en hield met een tot c5 opgerukte pion de zwarte manoevreerruimte klein, geholpen door Frans die zijn zwartveldige loper binnen zijn stelling hield en zo de dame in haar bewegingsvrijheid beperkte. Na afruil van de zwarte lopers kon Frans het initiatief grijpen omdat zijn aangeboden pionoffer Geert een kwaliteit gekost zou hebben. Geert nam - ondanks een misgreep bij een paardzet - even later het heft in handen met een loperoffer dat hem geruime tijd de aanval gaf, mede door een sterk paard op e5. Toen na hergroepering van de zwarte stukken de aanval vastliep, ruilde Geert dat mooie paard tegen een loper in de hoop met zijn dame eeuwig schaak te kunnen versieren. Dat lukte niet maar het duurde nog lang voordat Frans met dame en paard de witte koning onder schot kon nemen. Daarbij zag hij nog een familieschaak over het hoofd maar toen Geert vervolgens ook in een moment van schaakblindheid terecht kwam was zijn dame alsnog verdwenen.