Steenwijk heeft in de eerste ronde van de bondscompetitie fors klop gekregen
Het eerste team van Schaakclub Steenwijk heeft in de eerste ronde van de bondscompetitie fors klop gekregen van Philidor 4 uit Leeuwarden. Weliswaar was het team verzwakt door afwezigheid van 2e man Auke van Urk en van Wolter Visscher, maar de nederlaag viel met 2-6 toch nog groter uit dan aanvankelijk gevreesd. Alleen clubkampioen en 1e-bord-speler Dick Stavast en de huidige leider in de competitiestand, de man in vorm Bert van Steenbergen aan bord 3 kwamen tot winst. De tegenstander van Dick kwam schitterend uit zijn opening, waardoor de clubkampioen zijn zwarte paarden moest terugtrekken naar de afgelegen velden f8 en g8. Zwart had daarmee weliswaar een stevige stelling, maar geen spel, en pas na geduldig manoevreren zijn stukken op betere velden, hetgeen uiteindelijk resulteerde in pionwinst. Toen Dick vervolgens nog een pion veroverde, zag zijn rivaal in dat hij beter kon opgeven.
Bert speelde Spaans waarin het wit lukte om e4-e5 door te drukken, waardoor zwart weliswaar minder ruimte achter z’n stelling overhield maar wits witte loper buitenspel bleef. Het eenvoudig wegjagen in het verre middenspel van een verdediger kostte wit een stuk en daarmee de partij.
Jon Derks accepteerde een dubbelpion in het centrum om de zwarte damevleugel helemaal vast te leggen. Om nog spel te krijgen moet zwart alles op de koningsaanval gooien, hetgeen hij met verve deed. Jon kon de aanval zonder kleerscheuren opvangen en ruilde vervolgens alle zwartveldige stukken op in de veronderstelling dat zijn sterke centrumpionnen de doorslag zouden geven. Dat bleek een ernstige misrekening want zwarts vleugelpionnen liepen sneller naar promotie, en zelfs een loperoffer mocht toen niet meer baten.
Marcus Pliester kon niet voorkomen dat zijn tegenstander met zwart beter uit de opening kwam. Ook na afruil, waarbij Marcus een pion verloor, behield zijn rivaal de betere stelling en een gewonnen eindspel.
Waheeb Qatina speelde de opening te passief en zijn koningsaanval kwam dan ook te laat, omdat zijn tegenstander inmiddels via de vrije lijnen in het centrum heer en meester was.
Ingrid Jansen kwam goed uit de siciliaanse opening, met een gevaarlijk ogende pionnen-aanval op de koningsvleugel. Weliswaar boden de beide torens ondersteuning aan die aanval maar een doorbraak zat er niet in en na enige afruil verzeilde zij mede door tijdnood in een verloren toreneindspel.
Henk Mante speelde een messcherpe Siciliaan, waarin hij in het middenspel de betere voortzetting liet liggen. Daarna werd het een ware hoofdpijnpartij voor Henk die langzaam maar zeer zeker naar de ondergang werd geduwd.
Martinus Scheeringa tenslotte kreeg na een aangenomen damegambiet een spannende partij op het bord, waarna na afruil van de dames een hard gevecht ontstond om het bezit van de open d- en e-lijnen.Op de 36e zet rekende Martinus iets te gehaast de zwarte a-pion in, waardoor hij een paardvork op zijn twee torens kreeg. Dat kwaliteitsverlies had nog gecompenseerd kunnen worden indien even later de zwart g7-pion niet met de loper maar met de toren was geslagen, maar toen dat niet gebeurde kon een zwarte pion promoveren en Martinus opgeven.
In de onderlinge competitie won Gerald Bouw na een zeer lange partij van 70 zetten van Josse Gerner, die zich aanvankelijk na stukverlies taai verdedigde maar op het eind alleen nog zijn onverschrokken koning en een luttele pion overhad.
In de partij van Yun-Che Hu tegen Oeds Dijkstra kreeg zwart de gelegenheid zijn a-pion ver te laten oprukken waardoor zijn loper steeds moest retireren. Bij afruil op de 16e zet moest Yun-Che kwaliteitsverlies incasseren, maar desondanks wees hij een remiseaanbod af omdat hij geloofde in de kracht van zijn centrum. Dat was ook niet ten onrechte maar op het beslissende moment speelde Yun-Che niet de juiste zet, waarna Oeds toesloeg met een toren voor twee stukken, en de partij rustig kon uitspelen naar winst.
Ook in de partij tussen Jaap van der Hulst en Wim Rehorst een aangenomen damegambiet en een levendige partij. Door wits snellere ontwikkeling kreeg hij de overhand en toen dat resulteerde in een pluspion voor Jaap en vervolgens in stukwinst, kon Wim met een late koningsaanval niets meer uitrichten, zodat hij kon opgeven hetgeen de 85-jarige schaaknestor verleidde tot de uitlating dat zijn 4 verliespartijen tot nu toe wel blijk gaven van de algehele aftakeling .
Roelof Kreulen vergaloppeerde zich letterlijk en figuurlijk in zijn antwoord op de opening van Frans van Emst. Hij liet zijn b-paard zo vaak achter elkaar springen dat hij aan ontwikkeling van zijn andere stukken niet toekwam en na pionverlies al snel moest kiezen tussen het verlies van een toren of een gevaarlijk ogend schaak op de f-lijn. Hij koos ten onrechte voor het verlies van de toren en gaf vervolgens op voordat zijn stelling nog verder ontmanteld zou worden.