Goed gelijkspel tegen Tinke en Sette

Het tweede team van Schaakclub Steenwijk, dat tegenwoordig als zestal in de vierde klasse speelt, deed goede zaken in het verre Twijzelerheide. Tinke en Sette is met twee teams in deze klasse vertegenwoordigd, maar dit keer ging het om de confrontatie met de sterkste zes. Op papier een aardig stukje sterker dan de Steenwijkers. Jaap van der Hulst en Geert Duiven maakten remise, Jaap in een open, Geert juist in een heel gesloten stelling. Aan twee borden ging het mis. Ingrid Jansen bouwde een dijk van een stelling op maar had nog altijd ruzie met de klok. Martinus Scheeringa had aan bord 1 een te zware kluif aan de Friese kopman. De cracks Oeds Dijkstra en Roelof Kreulen moesten het nu doen. Oeds won met vaste hand, Roelof hield de spanning erin maar wist in een zinderende finale, waarin hij zelf op een haar na mat liep, de winst uiteindelijk toch naar zich toe te halen. En zo eindigde het gelijk, 3 – 3. Wederom geen geringe prestatie van Steenwijk 2 dat al eerder stand hield tegen het sterke Lemmer. In de onderlinge competitie wist Auke van Urk, aangemoedigd door het voorbeeld van Wolter Visscher, op zijn beurt een remise te ontfutselen aan koploper Dick Stavast. Dick speelde opnieuw met zwart, en kreeg wel licht initiatief, maar duidelijk niet genoeg om de partij uit evenwicht te brengen. Roelof Kreulen hield het lang vol tegen Marcus Pliester, maar meende toen ten onrechte dat hij een paard moest geven om mat te voorkomen. Anders had hij misschien nog uitzicht gehouden op remise. Bert van Steenbergen en Wim Rehorst gingen tegelijk in de aanval. In een zeer gecompliceerde stelling gaf Wim op, en zal daarbij ongetwijfeld verder hebben gekeken dan de toeschouwers die nog niet goed zagen waarom. Jon Derks zette zijn partij tegen Frans van Emst op scherp door een stuk te offeren tegen twee centrumpionnen. Frans wist alle dreigingen te neutraliseren en kwam zeer actief te staan maar bood toch remise aan omdat hij niet voldoende op zijn eigen eindspelkunsten in tijdnood durfde vertrouwen. Martinus Scheeringa en Frans de Groot begonnen na een aangenomen damegambiet driftig stukken te ruilen waarmee de d-lijn open kwam voor de witte torens. Frans kwam onder druk te staan. Martinus kon in de aanval met zijn e-pion en een paard en dwong Frans tactisch knap op de knieĆ«n. Oeds Dijkstra ging tegen Jaap van der Hulst al snel in de fout en kreeg geen schijn van kans om dat recht te breien. Routinier Henk Mante bleef de aanstormende Geert Duiven de baas, en Ingrid Jansen boekte haar eerste zege, tegen Gerald Bouw.