Schakers Heerenveen trekken aan het langste eind

Het krachtsverschil tussen de teams van Steenwijk en Heerenveen is dermate klein dat klinkende uitslagen niet verwacht mogen worden. Kleine overwinning, gelijkspel, kleine nederlaag, dat zijn zo de mogelijkheden. Vorig jaar werd het in Heerenveen een gelijkspel. We hoopten dit jaar op meer. Maar een rondje langs de borden halverwege de speelavond stemde niet al te vrolijk. Alleen Dick en Auke hadden veelbelovende stellingen. De rest van de partijen stond gelijk of duidelijk slechter. Jon Derks, die er naar eigen zeggen de laatste tijd niets van bakt, stond na een luttel aantal zetten al een stuk achter en Henk Wichers probeerde het vege lijf te redden in een slechte-loper-versus-goed-paard-eindspel. Beide partijen gingen verloren.
Henk van Dijk, Marcus Pliester en Jan de Smidt zorgden via degelijke remises ieder voor een half punt. Een meevallertje was de tijdsoverschrijding door de tegenstander van Wolter Visscher. Wolter had er nog een hele kluif aan gehad, om het punt binnen te halen. De cruciale partij van de avond was die van Auke van Urk. Auke had zijn tegenstander vanuit de opening volledig weggespeeld, maar deze zette in het vooruitzicht van een snelle nederlaag de hakken in het zand en verdedigde zich onder opoffering van enig materiaal zeer vindingrijk. Auke dacht de partij met één of meer krachtzetten te kunnen beslissen, maar kon die zetten niet vinden. Hij besteedde zeeën van tijd, maar moest uiteindelijk tot de conclusie komen dat de directe winst er niet in zat. Deze min of meer verspilde tijd zou hij later in de partij ernstig tekort komen. Wanneer er één scenario geschikt is voor het doen kantelen van een partij, dan is het wel de hierboven geschetste. En zo liep het ook. De tegenstander van Auke, die na alle doorstane beproevingen heel goed in de partij zat, buitte zijn kansen bekwaam uit en besliste de partij met een dame-offer. De overwinning van Dick Stavast in de laatst overgebleven partij bepaalde de eindstand op 3,5-4,5 in het voordeel van Heerenveen.
 
Zeven partijen in de interne competitie. Geert Duiven kwam tegen Gerald Bouw flink wat materiaal voor. Gerald probeerde nog allerlei patgrappen, maar Geert was op zijn hoede. Olivier Vernooy kwam tegen Oeds Dijkstra goed uit de opening, maar vergaloppeerde zich toen hij zijn mooie pion op e4 weggaf. Yun Ché Hu had een speciale strategie uitgedacht voor zijn partij met Ingrid Jansen. Aangezien Ingrid nog wel eens krap in haar tijd wil komen te zitten, had Yun Che bedacht om de stelling zo ingewikkeld mogelijk te houden, geen stukken te ruilen etc... De strategie pakte goed uit. Ingrid kwam in tijdnood en er ontglipten haar een paar mindere zetten, waarop Yun Che toesloeg. Jelmer de Goede stond voor de schier onmogelijke taak om de Hollandse verdediging, specialiteit van Frans van Emst, te kraken. Hij koos voor een aanval op beide vleugels, maar veronachtzaamde daarmee de veiligheid van zijn eigen koning. Hij verloor een aantal pionnen en even later de dame. Een ongelukkige nederlaag leed Gerrit Schoenmaker tegen Dimitri Delsman. Gerrit kwam met groot voordeel uit de opening, maar een moment van onoplettendheid kostte hem zijn stelling.
Martinus Scheeringa zag zijn openingsexperiment tegen Jaap van der Hulst min of meer mislukken. Hij kreeg met zwart een passieve stelling en moest reeds op de 13e zet pionverlies incasseren, even later gevolgd door stukverlies. Martinus wist de partij nog tot de 40e zet te rekken, maar zag toen het hopeloze van zijn zaak in.
Het klapstuk van de avond was natuurlijk het treffen tussen Kreulen senior en Kreulen junior. Iedereen die van te voren gedacht had, dat we een voorgekookt partijtje te zien zouden krijgen of een snelle remise, zou er helemaal naast hebben gezeten. In plaats daarvan kregen we een flitsende partij voorgeschoteld op het scherp van de snede. Met Kreulen senior als zeer onverwachte winnaar. De inschatting is dat deze overwinning van Roelof op familiefeestjes en verjaardagspartijen nog vaak zal worden gememoreerd.